Al je zintuigen vangen de voortdurend veranderende omstandigheden op. Reizend is alles letterlijk in beweging en daardoor onzeker. Dit principe kan echter ook plaatsvinden op één vaste plek in het gezelschap van een groep mensen of zelfs in je eentje op de bank kijkend naar een spannende serie. Zeker als je een open en sensitief type bent. Na een tijdje vermengt de energie zich en voel je je jezelf of ben je jezelf niet meer helemaal. Men zegt dat je alles van je af kunt laten glijden of zelfs door je heen kunt laten stromen. Als je niet loslaat, dan loop je namelijk vol. Maar jij voelt je nog te vaak een badkuip met een stop waarin de ene emmer na de andere wordt leeggestort. Even vangt de overloop ‘het teveel’ nog wel op. Maar dat duurt niet lang en het bad neemt de badkamer en de aangrenzende ruimtes over. Tot er een waterval van de trap naar beneden rolt. Je ploft uiteen in een woede-uitbarsting, een huilbui, een allergische aanval of een te snelle stofwisseling. Je strooit je ‘teveel-meel’ in het rond en voelt je daarna compleet leeg. Het is nogal vermoeiend, dus je maant jezelf tot rust en spreekt met je lichaam. Dat is de enige relatief constante in het geheel. Je gaat op zoek naar je eigen kern, want daar moet het volgens de goeroes kalm en windstil zijn. Je kunt er altijd naar toe. Waar je ook bent. Je zou het niet moeten zoeken in die complexe verleidende buitenwereld, maar in je gelaagde broedende binnenste. Gezien de onrust die je er regelmatig bespeurt, denk je dat je vast nog niet genoeg ontwikkeld bent. Als je door jouw innerlijke spelonken wandelt besef je dat werkelijk niets stilstaat. Zelfs in de meest donkere en verre hoekjes groeit het leven verder. Je lacht en je kent jouw oplossing voor dit moment. Erin berusten dat werkelijk niets hetzelfde blijft is de bevrijdende sleutel tot sereniteit. Je kunt niets eeuwig vastleggen. Zo lenig mogelijk meegaan met de wisselstroom is het devies én tevens beseffen dat je nooit gewend zult raken aan die voortdurende verandering. En dat dát precies de bedoeling is voor jou. Als je dat lukt, zul je afwisselend gelukkig en ongelukkig zijn, zonder er een waardeoordeel aan te hangen. Je leeft je leven in overgave. Je voelt innerlijke vrede. Dít is fijn! Je neemt je uiteraard voor om aan deze modus vast te houden. Totdat er een bel klinkt, je leven op z’n kop staat en je hart plots weer in je keel zit. Maar er is een verschil: je het herkent het nu en weet dat je hart straks weer zal afdalen naar haar warme plek. De stuifzwam die je bent en waarschijnlijk wel zult blijven, zal op een gegeven moment weer uit gedwarreld zijn en je geniet bijna van deze nieuwe verstorende uitdaging.

